Súdwest-Fryslân

De thuiszorg maakt steeds vaker oneigenlijk gebruik van het persoonsgebonden budget. Het PGB wordt ingezet in het belang van de thuiszorgorganisaties en niet waarvoor het bedoeld is: keuzevrijheid voor mensen met een chronische ziekte of handicap, zodat zij door zelf hun zorg in te kopen regie houden over hun eigen leven.

Daarnaast hanteert het merendeel van de gemeenten onacceptabel lage PGB-tarieven voor hulp bij het huishouden. Per Saldo, de vereniging van budgethouders, vindt dat dit niet kan.
De keuze voor een PGB mag nooit worden opgelegd door een instelling die via het PGB haar marktaandeel wil behouden. Is die keuze niet weloverwogen, dan komt de kersverse budgethouder voor onaangename verrassingen te staan: administratieve rompslomp en een wirwar van wet- en regelgeving. Vooral voor ouderen is het erg lastig om de PGB-administratie op de rit te zetten en te houden. Als de keuze voor het PGB niet bewust is, dient het PGB niet het beoogde doel en leidt het in plaats van vrijheid tot ergernis en frustratie. Helaas is dit niet het enige wat ernstig mis gaat in de uitvoeringspraktijk van het PGB voor hulp bij het huishouden.

Onacceptabele tarieven

Sinds 1 januari 2007 zijn gemeenten verantwoordelijk voor het aanbieden van hulp bij het huishouden. Hierbij zijn zij verplicht mensen de keuze tussen zorg in natura of een PGB aan te bieden. Per Saldo heeft zich hier in 2006 hard voor gemaakt. In de praktijk blijkt dat de uitvoering bij het merendeel van de gemeenten slecht verloopt. Per Saldo constateert dat de tarieven die zij hanteren voor het inkopen van hulp bij het huishouden ver onder het oude AWBZ-tarief voor huishoudelijke verzorging liggen. Om een alfahulp aan het werk te houden, rekent een thuiszorginstelling een minimumtarief van €15,50. Dit betekent dat een budgethouder voor PGB-tarieven variërend tussen negen en veertien euro nooit een goede hulp bij het huishouden kan inhuren. Helaas zijn dit de tarieven die het merendeel van de gemeenten handhaaft. Gelukkig zijn er uitzonderingen, gemeenten die het oude AWBZ-tarief hanteren.

Uitspraak rechter

Het is duidelijk dat het zo niet langer kan. Een budgethouder in de gemeente Bellingwedde spande een rechtszaak aan toen het uurtarief voor hulp bij het huishouden bekend werd. De rechtbank in Groningen sprak op 3 juli jl. uit dat het in Bellingwedde geldende tarief van € 10,87 te laag is om 90 minuten per week hulp bij het huishouden in te kopen.

Doorbraak

Per Saldo vindt dit een doorbraak op weg naar verantwoorde tarieven voor hulp bij het huishouden en hoopt dat andere gemeenten hier hun conclusies uit trekken en de onacceptabele tarieven bijstellen naar het minimumtarief van € 15,50.

bron: http://www.pgb.nl