Werkzoekenden die zich voor hun ontslag melden bij het CWI, worden aan hun lot over gelaten.
Werkzoekenden die zich voor hun ontslag melden bij het CWI, worden aan hun lot over gelaten.
Iemand die ontslag boven het hoofd hangt, moet zich zo snel mogelijk melden bij het Centrum voor Werk en Inkomen (CWI), het voormalige arbeidsbureau. Dat verkleint de kans dat hij of zij een uitkering krijgt. De helft van de werklozen die een WW-uitkering kreeg in 2006, meldde zich inderdaad een dag voor ontslag. 25 tot 30 procent meldde zich zelfs drie weken voordat ze ontslagen zou worden.
Maar deze groep werd door de instantie niet opgemerkt. Sterker nog, het CWI kwam er pas laat achter dat de zogenoemde ’vroegmelders’, mensen die zich ruimschoots voor ontslag melden, daadwerkelijk stonden ingeschreven. Het CWI was niet bekend met de omvang van de groep en daardoor was ze niet in staat mensen snel te bemiddelen. Er waren echter genoeg vacatures beschikbaar.
Dat stelt de Inspectie voor Werk en Inkomen in haar rapport ’Vroegmelders’. De inspectie uit forse kritiek op de dienstverlening van het CWI met betrekking tot mensen die zich ruimschoots voordat ze ontslagen worden melden bij de instantie.
Zo stelt het rapport onder andere dat er geen centraal beleid is opgesteld, met als gevolg dat vroegmelders niet gelijkwaardig behandeld worden. Sommige vestigingen gaan actief op zoek naar een nieuwe baan voor de werkzoekenden.
Maar het merendeel doet weinig voor mensen die werkloos dreigen te worden. Als reden geven de CWI-vestigingen dat mensen die nog werken, moeilijk te bereiken zijn. Ze zouden geen tijd hebben om bij het CWI langs te komen.
Bovendien stelt de instantie dat ’vroegmelders’ die op sollicitatiegesprek gaan, niet altijd komen opdagen. Met als gevolg negatieve beeldvorming onder werkgevers over het CWI.
Opvallend is ook dat vestigingen die werken met laagopgeleiden minder actief bemiddelen dan instanties van het CWI die werken met hoogopgeleiden. Volgens het rapport heeft dat voornamelijk te maken met het feit dat hoogopgeleiden over het algemeen makkelijker een baan vinden en kost het CWI minder moeite hen te helpen bij deze zoektocht.
De Inspectie voor Werk en Inkomen levert verder kritiek op de samenwerking tussen uitkeringsinstantie UWV en CWI. Reïntegratietrajecten die mensen gebruiken als opstapje naar een baan, worden onderling niet goed afgestemd. Het CWI stelt als reactie dat het meer zal doen aan voorlichtingscampagnes bij verschillende CWI-vestigingen.
(bron dagblad Trouw)